Zo versier je je Palmpasenstok
Zondag 10 april vieren we Palmpasen. Traditioneel doe we dat samen met de Protestantse Wijkgemeente Haarlem Centrum. Na twee jaar van stilte, kunnen we nu gelukkig de Palmpasen stokken weer optuigen en in optocht mee nemen door de straten van Haarlem. We verzamelen om half elf bij ‘de Ontmoeting’, krijgen de zegen mee in de kerk en wandelen dan door het centrum, over de Grote Markt, rond de Grote Kerk, en dan weer terug naar de Lutherse Kerk. Daar delen we paastakjes (buxustakjes) uit aan de mensen. Hieronder vind je een stuk over de Palmpasen stok en hoe die in elkaar kan zitten.
De symboliek van de Palmpasenstok
Palmpasenstokken zijn een typisch Nederlands en Duits gebruik. De herkomst is onzeker. Graag gaan we er prat op, dat de herkomst voorchristelijk is. Maar in elk geval is het gebruik (opnieuw?) begonnen na de reformatie, dus vanaf de 16e eeuw. Op Palmzondag (de Zondag voor Pasen) herdenken we dat Jezus op een ezel Jeruzalem introk en door de mensen werd verwelkomd – enkele dagen voordat hij aan het kruis zou sterven – met palmbladeren, zoals wij tegenwoordig met vlaggetjes bij Prinsjesdag staan. Vóór de reformatie in de 16e eeuw werd op Palmzondag de intocht van Jezus in Jeruzalem met een processie door de stad nagebootst.
Na de reformatie werden dergelijke processies in Nederland verboden. Als gauw werd het verhaal via de symboliek van de Palmpasen stok doorgegeven. De Palmpasen stok vertelt eigenlijk het verhaal van de laatste week van het leven van Jezus:
1. Het kruis
Het is een kruis, om eraan te herinneren dat Jezus aan het kruis is gestorven.
2. Brood
Op de stok zit een broodhaantje. Het brood herinnert aan het laatste avondmaal van Jezus, waar hij het brood brak en deelde met zijn discipelen.
3. De haan
De haan herinnert aan de voorspelling die Jezus aan Petrus doet tijdens dat laatste avondmaal, dat voordat de haan de volgende ochtend tweemaal zal kraaien, Petrus Jezus drie keer zal verloochenen. Hoewel Jezus wordt verraden door Judas, wordt hij ook door Petrus verloochend. Nadat Jezus de volgende ochtend is gearresteerd en Petrus er door omstanders op wordt aangesproken dat hij bij Jezus hoort, zegt hij – waarschijnlijk uit vrees voor zijn eigen leven – dat hij hem niet kent. Vlak daarna kraait de haan.
4. De dertig zilverlingen
Bij het verhaal over de dood van Jezus hoort ook het verhaal van Judas, die Jezus verraadt voor ‘dertig
zilverlingen’. Daarom hoort er eigenlijk een slinger van 30 rozijnen of andere gedroogde vruchtjes aan de palmpasenstok te hangen die verwijzen naar de 30 zilverlingen die Judas ontvangt om Jezus te verraden (al zijn het tegenwoordig vooral snoepjes of zoutjes).
5. De twaalf apostelen
Hoewel Jezus heel veel mensen onderwijs gaf, had hij 12 volgelingen die het dichtste bij hem stonden. Dat waren de twaalf apostelen. Met deze twaalf apostelen at hij ook zijn laatste avondmaal. Daarom dient er ook een slinger van 12 noten aan de stok te hangen, een verwijzing naar de 12 apostelen.
6. Sinaasappel of citroen
Soms hangen er ook nog een sinaasappel en/of citroen aan. Deze zure vrucht verwijst naar een passage uit de Bijbel vlak voorafgaand aan het sterven van Jezus aan het kruis. Terwijl Jezus aan het kruis
wordt bespot, is er – vlak voordat hij zijn laatste adem uitblaast – iemand die medelijden met hem heeft en die een spons gedrenkt in een soort zure wijn/azijn met gal (een pijnstillend middel uit die tijd) aan zijn mond brengt, zodat hij daarvan wat kan drinken.
7. Buxustakjes
Omdat bij ons geen palmbomen groeien, is de – eveneens de altijd groenblijvende – buxus daarvoor in de plaats gekomen. De buxustakjes staan dus symbool voor de palmbladeren, waarmee Jezus op Palmzondag op weg naar de stad Jeruzalem werd bejubeld. In sommige streken maakt men een krans van buxustakken in de Palmpasenstok, als teken van het eeuwige leven, want een cirkel is immers oneindig.